Elektrische steps - wettelijke bepalingen

Ze duiken steeds vaker op in het straat- en dan vooral het stadbeeld: de elektrische steps. Hieronder een overzicht van de wettelijke bepalingen.

elektrische step

Classificatie

Elektrisch aangedreven steps vallen onder de categorie van de gemotoriseerde voortbewegingstoestellen, zoals omschreven in artikel 2.15.2 van de wegcode. Om tot deze categorie te kunnen behoren mag het voertuig, naar constructie, de snelheid van 18km/u niet kunnen overschrijden. In het ontwerp voor de nieuwe wegcode is voorzien dat deze maximale snelheid opgetrokken wordt tot 25 km/uur. Aangezien dit reeds ruimschoots werd aangekondigd in de media, zien we dat deze voertuigen vlot snelheden van 20 à 25 km/uur (en misschien wel meer) halen, terwijl de wetgeving nog niet werd aangepast. Deze voertuigen, weliswaar uitgerust met een motor, worden zij niet als motorvoertuig beschouwd voor de toepassing van de wegcode.

Gebruik op de openbare weg

Er is niet voorzien in een specifieke regeling voor het gebruik van de voortbewegingstoestellen op de openbare weg. Zij worden, in functie van de ontwikkelde snelheid, gelijkgesteld met twee, reeds bestaande categorieën van weggebruikers: de fietsers of de voetgangers. De voorschriften die de andere weggebruikers moeten naleven ten opzichte van respectievelijk voetgangers en fietsers, gelden eveneens ten aanzien van de gebruikers van de voortbewegingstoestellen.

Wordt er niet sneller dan stapvoets gereden, dan worden de gebruikers van de voortbewegingstoestellen gelijkgesteld met voetgangers: in dergelijk geval dient onder andere het trottoir gevolgd te worden, heb je toegang tot de voetgangerszone, en moeten de bestuurders voorrang verlenen wanneer de gebruiker van het voortbewegingstoestel zich op de oversteekplaats bevindt of op het punt staat zich erop te begeven. Gebruikers van een voortbewegingstoestel die sneller dan stapvoets rijden, houden zich aan de regelgeving die voor de fietsers geldt en dienen bijvoorbeeld gebruik te maken van het fietspad, of voorrang te verlenen aan de voetgangers die op het punt staan zich op een oversteekplaats te begeven.

Verlichting

Tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag en in alle omstandigheden wanneer het niet meer mogelijk is om duidelijk te zien tot op een afstand van ongeveer 200 meter, dienen de gebruikers van de voortbewegingstoestellen, die rijden op andere delen van de openbare weg dan degene die voorbehouden zijn voor het verkeer van voetgangers, vooraan een wit of geel licht te voeren en achteraan een rood licht. Deze lichten mogen in één toestel verenigd zijn, dat links wordt geplaatst of gedragen. Wordt er links op de rijbaan gereden, dan dienen de positie en de plaats van lichten omgekeerd te worden.

Inschrijving

Deze voertuigen beantwoorden niet aan de definitie van voertuig zoals bepaald in het koninklijk besluit van 20 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen. Bijgevolg zijn zij niet aan de inschrijvingsplicht onderworpen.

Rijbewijs

Artikel 1.3°, derde alinea van het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs voorziet dat de gemotoriseerde voortbewegingstoestellen niet onderworpen zijn aan deze wetgeving.

Verzekering

In theorie ben je verplicht om voor deze voertuigen, overeenkomstig artikel 2, § 1 van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen een verzekering afgesloten te worden. Er is evenwel rechtspraak die dergelijke voertuigen vrijstelt van deze verplichting, op voorwaarde dat zij niet sneller kunnen rijden dan 18 km/u. De controle op deze maximale snelheid is echter geen sinecure bij gebrek aan afdoende meetinstrumenten. Praktisch is het ook niet mogelijk om een verzekering voor dit voertuig af te sluiten aangezien er voor dergelijke voertuigen nooit een gelijkvormigheidsattest werd afgeleverd en zij dus ook niet voorzien zijn van een chassisnummer. Uiteraard kan de burgerlijke aansprakelijkheid wel worden gedekt door een familiale verzekering.