Afscheidsrede pensioen Korpschef Marc Hellinckx – 29 mei 2019

Beste genodigden, beste collega’s, sta mij toe op deze voor mij speciale gelegenheid het protocol even achterwege te laten en jullie vanavond aan te spreken als beste vrienden.

Afscheidsspeech Marc Hellinckx dd 29-05-2019

Overmorgen komt er een einde aan mijn loopbaan bij de geïntegreerde politie als officier en leidinggevende. Een mooie loopbaan vol prachtige momenten en veel voldoening, een lange loopbaan en een intense loopbaan, een loopbaan met ook zware en emotionele momenten en blijvende ontgoochelingen, een loopbaan aan de top van alle geledingen van de geïntegreerde politie in diverse rollen, een boeiende loopbaan met steeds nieuwe uitdagingen die steeds opnieuw je verplichten het onderste uit de kan te halen en het bewijs te leveren van je kunnen, een loopbaan waarin je ook steeds naast het hectische heden, met de toekomst van de politie, haar organisatie en haar personeel moet rekening houden. Een loopbaan waar het vooral gaat om anderen en het algemeen belang en je jezelf moet kunnen wegcijferen. Een loopbaan waar uniform en graad je persoon en mens-zijn niet kunnen verbergen. Een loopbaan met veel opofferingen voor je omgeving en gezin.

Onlangs tijdens de korpsdag vroeg een personeelslid mij om mijzelf een score te geven op 10 wat mijn loopbaan betreft. Ik vond deze vraag moeilijk juist te beantwoorden. Enerzijds kan niet ontkend worden dat objectief gezien ik een fantastische carrière van meer dan 44 jaar achter de rug heb, waar ieder kandidaat officier voor zou willen tekenen bij aanvang. Een 9 op 10 dus. Maar anderzijds solliciteert deze vraag ook je geweten of je de vooropgestelde doelstellingen en resultaten waarvoor je dienst nam bij de politie ook hebt bereikt of gerealiseerd. Heb ik een zichtbare bijdrage geleverd aan de maatschappij en aan de politiewerking ? Heb ik het  beleid daadwerkelijk mee kunnen aansturen ? Ben ik een goede chef en leider geweest voor mijn personeel ? Heb ik hen alle mogelijkheden geboden om zich te kunnen bekwamen en te ontplooien ? Was ik aanwezig en heb ik hen voldoende gesteund in moeilijke momenten ? Heb ik hun belangen met succes kunnen verdedigen bij het bestuur ? Kortom, heb ik het verschil kunnen maken wanneer het nodig was ? … Ongetwijfeld had het veel beter gekund, ongetwijfeld werden kansen gemist om de positie en de werking van de geïntegreerde politie of de Politiezone te verbeteren, ongetwijfeld heb ik mensen ontgoocheld omdat ik hun verzuchtingen niet heb opgemerkt of hun situatie niet heb kunnen verbeteren. Een 7 op 10 leek mij dan ook een juister eindcijfer. Ik heb in ieder geval mijn uiterste best gedaan en alles wat in mijn mogelijkheden lag  gegeven.

Anderen vragen zich af waarom ik mijn loopbaan nu reeds afsluit. Ik had de vaste bedoeling nog voor een derde mandaat te gaan, tot vorig jaar, in mijn directe persoonlijke omgeving, een aantal gebeurtenissen mij hebben doen beseffen dat het leven vergankelijk is en dat de tijd om van het leven te genieten korter wordt hoe ouder je bent. Bovendien ga ik niet ontkennen dat ik al enkele jaren hopeloos op zoek was naar een gezonde work-live balans. In juni vorig jaar heb ik dan ook kenbaar gemaakt dat ik geen derde mandaat van korpschef meer zou opnemen en overwoog op pensioen te gaan. Het uitoefenen van de  functie van korpschef leent zich immers niet als landingsbaan en laat geen deeltijds werkregime toe. Ik vertrek dan ook niet omdat ik de politie of de functie beu ben of omdat ik niet meer gedreven ben, maar omdat ik bewust meer aandacht en tijd wil spenderen aan mijn naasten, mijn ouders, mijn echtgenote, mijn kinderen en kleinkinderen en aan mijzelf. Quality time vooral dus.

Ik weet dat mijn werk in de Politiezone verre van af is. Belangrijke projecten staan in de stijgers en grote uitdagingen komen op jullie af. Ik heb nog getracht een goede basis te leggen voor de verdere evolutie van onze Politiezone. Alle basiselementen waren aanwezig, maar de tijd, (of was het de wil ?),  ontbrak om tot goede en werkbare afspraken te komen.  Ik hoop dat snel een nieuwe korpschef kan gevonden worden die er wel in slaagt deze essentiële en existentiële beheersovereenkomst met het bestuur, of moet ik zeggen besturen, af te sluiten en zo de toekomst van de Politiezone Pajottenland kan verankeren.

Een mooie loopbaan is mijn inziens het resultaat van persoonlijk engagement en werkkracht, van investeren in kennis , van vertrouwen en loyauteit, van integriteit en rechtvaardigheid, en van transparantie en accountancy. Maar ook en vooral van de bereidheid tot het leren van anderen en tot het leren uit vallen en opstaan. Een mooie loopbaan maak je pas wanneer je respect hebt voor anderen en het ook krijgt van je medewerkers en overheden. Ik ben dan ook enorm dankbaar voor de mogelijkheden en kansen die de geïntegreerde politie mij geboden heeft. Ik wil vandaag de mindere en slechte ervaringen vergeten en enkel de positieve elementen onthouden en mijn dankbaarheid uitdrukken aan al diegenen die ik op mijn pad heb gekruist en die mij gemaakt hebben tot de persoon die hier voor u staat en die zijn loopbaan tevreden en met een gerust geweten kan afsluiten. Het is evident onmogelijk allen hier nominatief te vernoemen, toch wil ik enkelen uitdrukkelijk bedanken voor het met mij delen van hun ervaring en wijsheid, voor hun geleverde bijdrage of voor hun begeleiding en gezelschap op mijn route.

Vooreerst wil ik mijn ouders danken, voor de mogelijkheden en de ondersteuning die ze mij gegeven hebben in mijn keuze om een politionele loopbaan uit te bouwen. Als goede student uit een arbeidersgezin hebben ze mij de mogelijkheid gegeven mij te meten met anderen door mij in te schrijven voor het ingangsexamen van de Koninklijke Kadettenschool in Lier zo’n 45 jaar geleden en zo mij de mogelijkheid gegeven op te klimmen op de maatschappelijke ladder. Zij hebben mij ook het sterk geloof in rechtvaardigheid meegegeven en mij van het belang van integriteit en eerlijkheid doordrongen. Dank u Pa en Ma.

Ik wil vervolgens vooral mijn echtgenote Marie-France en mijn kinderen Anne-Sophie, Sigert en Jarich bedanken voor de vele opofferingen en het geduld dat ze hebben moeten opbrengen om mij toe te laten deze loopbaan uit te bouwen. Ik ben al te dikwijls afwezig geweest en zelfs als ik er fysiek was, was ik daarom niet noodzakelijk psychisch aanwezig of werkte ik aan dossiers in mijn werkkamer tot een stuk in de nacht of in het weekend . Ik hoop dat jullie mij kunnen vergeven en ik wil beloven dit zeker vanaf nu nog trachten goed te maken.

Ik wil mijn opeenvolgende oversten bedanken, omdat ze mij de mogelijkheid hebben gegeven te proeven van het leidinggeven en mij de nodige vaardigheden en wijsheid hebben bijgebracht of de kans gegeven om ervaring op te doen. Ik ben mij ervan bewust dat ik niet altijd de gemakkelijkste en meest gedweeë  leerling of medewerker was, maar ik hoop dat jullie nu toch tevreden kunnen zijn over het bereikte resultaat.

Tweemaal in mijn loopbaan ben ik Herman Franssen tegengekomen als directe overste : in de School voor Officieren waar ik repetitor was van de leerstoel recht en later in het directiecomité van de federale politie toen ik directeur-generaal werd. Herman leerde mij niet alleen sigaren roken, maar ook het in alles streven naar perfectie en professionalisme. Hij leerde mij dat doorgedreven dossierkennis de basis vormt van elke aanpak, dat elk geschreven of gesproken woord  zijn belang heeft en grondig dient afgewogen en dat een absoluut en totaal engagement gecombineerd met een uitgesproken politieke neutraliteit de garantie is voor een gerust geweten. Hij bewees mij dat de sterkte van de leidende politieofficier voor een politiekorps, haar werking en uitstraling het verschil kan maken. Dank u Herman voor deze nuttig gebleken tips.

Ik wil ook bij deze gelegenheid mijn dankbaarheid nog uiten naar wijlen rijkswachtcommandant Francky Gevaert, die als districtscommandant van het District Halle mij alle ruimte gegeven heeft om op het terrein als jonge officier de knepen van een realistisch leiderschap te ontdekken en te ervaren midden het politiepersoneel. Het was een fantastische tijd waar ik met heel veel voldoening naar terugkijk. Hier ontstond ook mijn vaste ambitie om mij te ontwikkelen om ooit de totale en integrale verantwoordelijkheid over een korps op te nemen. Dank u Francky voor de geboden kansen.

Na een nieuwe hervorming van de top van de federale politie en een lange regeringsvorming van 541 dagen werd ik heropgevist door de nieuwe Minister van Binnenlandse zaken Patrick De Wael om het SAT (technisch administratief secretariaat) te leiden in opvolging van Fernand Koekelberg. Ik wil Paul Vantighelt, toenmalig adjunct kabinetchef , en hier aanwezig, danken omdat door zijn tussenkomst ik mijn loopbaan aan de top heb kunnen verderzetten en verbreden. Onder drie opeenvolgende Ministers van Binnenlandse Zaken heb ik geleerd dat er een onderscheid bestaat tussen gelijk hebben en gelijk krijgen, dat de verpakking op zijn minst even belangrijker is als de inhoud en dat niets is wat het lijkt. Samenwerken met politieke kabinetten en hun medewerkers heeft mij ook overtuigd dat goed kunnen onderhandelen en diplomaat zijn randvoorwaarden vormen voor een succesvolle loopbaan. Ik stelde ook vast dat de diversiteit binnen de politieorganisatie en het politielandschap eerder een sterkte is dan een zwakte, en dat de daadwerkelijke invulling gegeven aan de rol van korpschef determinerend is voor de vooruitgang van een korps, veel meer dan reglementen en regels of het discours van de politiek. Dank om mij de ogen te hebben geopend.

In deze periode mocht ik ook kennis maken met Guido De Padt, actueel burgemeester van Geraardsbergen, toen Minister van Binnenlandse Zaken en met Michel Doomst, toen federaal parlementslid en luis in de pels met zijn honderden schriftelijke en mondelinge parlementaire vragen waarop ik telkens zo mogelijk een nietszeggend antwoord mocht formuleren. Ik zal nooit vergeten hoe Guido De Padt mij en mijn medewerkers van het SAT met een warm hart ontving bij onze verhuis naar de Wetstraat en eensklaps alle wantrouwen bij ons wegnam. Ik wil hem ook danken voor zijn openheid en het volledige vertrouwen dat hij mij gaf. Steeds heeft hij zich tijdens zijn mandaat als Minister van Binnenlandse Zaken uitsluitend laten leiden door het algemeen belang en het belang van de geïntegreerde politie en zijn personeelsleden. Chapeau en veel respect.

In die tijd kon ik nog niet veronderstellen dat ik verder in mijn loopbaan nog met Michel Doomst zou te maken krijgen. De komst naar de Politiezone Pajottenland in 2010 was er één van het hart en van mijn gedrevenheid om verandering te brengen en het verschil te maken. Zoals ik in mijn eerste toespraak negen jaar geleden hier aangaf, wou ik liever schipper op een zeilschip zijn dan kapitein op een tanker. Weg uit de federale context waar politie en veiligheid niet langer prioritair op de agenda stonden. Door het opnemen van de functie van Vicevoorzitter van de Vaste Commissie van de lokale politie kreeg ik nog een beter zicht op de behoeften van de lokale politiekorpsen en de moeilijkheden en problemen waarmee korpschefs worstelen. Om oplossingen te zoeken en uit te werken werd ik ook lid van de stuurgroep politie van de VVSG. Uit deze fase van mijn loopbaan hou ik fantastische herinneringen over aan een perfecte harmonieuze samenwerking met Ben Brabant, Jean-Michel Joseph, Koen Van Heddeghem en Tom Deschepper, die zich onbaatzuchtig inzetten of gezet hebben voor de belangen van de lokale politie. Meer dan strijdmakkers zijn het  vrienden geworden. Dank voor jullie  bijdrage en steun op mijn weg.  Ook na 1 Jun mogen jullie zeker op mij nog beroep doen.

Ik wil Lode De Witte, de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, en de echte architect achter de politiehervorming, van harte danken. Hij kon met spijt vandaag niet aanwezig zijn en heeft mij in een persoonlijk schrijven uitvoerig bedankt. Lode, in alle talrijke contacten en gesprekken die we mochten hebben, vond ik steeds de inspiratie om mij nog harder in te zetten voor de politiewerking. Je gaf steeds het voorbeeld om kalm, bedacht, met veel wijsheid, en zonder nonsens, vrijuit en rechtuit, je punt te maken en hierdoor iedereen over de lijn te trekken. Je leerde mij dat leiding geven vertrekt vanuit een duidelijke visie op de toekomst en dat aan de realisatie gestaag maar voortdurend en onophoudend dient gewerkt. Dat open staan voor ideeën en voorbeelden van aanpak bij de buren en elders buiten de politieorganisatie en dat samenwerking zoeken met onderzoek- en onderwijsinstellingen enorm verrijkend kunnen zijn en je leiderschap kunnen versterken. Dank je Lode voor deze kwaliteitsvolle bijdrage aan mijn loopbaan.

Ik wil tenslotte ook niet de vele “compagnons de route” vergeten die doorheen mijn lange loopbaan mijn steun en toeverlaat waren in moeilijke tijden, maar die ook de talrijke positieve momenten hebben gekruid. Zonder hen zou mijn loopbaan minder kleur hebben gehad. Een aantal zijn hier aanwezig. Ik hou hier echte vriendschappen voor het leven aan over. Bedankt Christaan, bedankt Jaak, bedankt Christof, Bedankt Jan, bedankt Hans, Bedankt André, Bedankt Michel, Bedankt Paul, bedankt ook aan alle anderen die hier niet konden aanwezig zijn of die ik ongewild mocht vergeten. In deze context wil ik ook mijn collega’s korpschefs bedanken voor de aangename vergaderingen en teambuildingactiviteiten die we mochten hebben de laatste jaren, alsook Catherine De Bolle en Marc De Mesmaecker met wie ik aangenaam mocht samenwerken in het coördinatiecomité van de Geïntegreerde Politie en bij de syndicale onderhandelingen op nationaal niveau.

Van een korpschef of directeur-generaal wordt verwacht dat hij de juiste beslissingen neemt en de moeilijke keuzes maakt. Niet zelden zijn de gevolgen ingrijpend en bepalend voor veel medewerkers en/of voor de politieorganisatie. Hijzelf wordt er ook op afgerekend door het bestuur, de media en de bevolking, en zijn eigen medewerkers. Een gevoel van grote eenzaamheid beklemt je dan wel eens. Ik heb ook moeten vaststellen en ervaren dat in die omstandigheden medeleven en mededogen bovendien dikwijls ontbreekt. De nood aan een klankbord, aan een gewetensspiegel, aan een uitlaatklep voor frustraties en ontgoochelingen, aan een vertrouwenspersoon, kortom aan een hulplijn is voor een leidinggevende   primordiaal om burn-out te voorkomen. Naast je echtgenote of echtgenoot is je enige professionele toeverlaat dan dikwijls je secretaris.  De secretaris van de korpschef of directeur-generaal zit in deze momenten steevast op de eerste rij en moet de zwaarste storm doorstaan en opvangen, om daarna aan het ruimen van het puin te beginnen. Gelukkig mocht ik over twee secretarissen uit de duizend beschikken.  Annelies en Kristien, ik ben jullie uit de grond van mijn hart mateloos dankbaar. Dankbaar voor jullie inzet, begrip en beschikbaarheid, voor jullie vertoonde discretie en professionalisme. Jullie bijdrage aan mijn succesvolle loopbaan was dan ook groot . Dank, dank, dank.

Met mijn pensionering komt er ook een einde aan mijn mandaat als korpschef van de Politiezone Pajottenland. Ik wil het bestuur en de partners, en alle burgemeesters met wie ik heb samengewerkt bedanken voor het vertrouwen dat ze mij gegeven hebben de voorbije jaren. Ik denk dat de return on investment toch overduidelijk positief is. De Politiezone Pajottenland is sterk geëvolueerd en bevindt zich nu als kleinere Politiezone op alle domeinen in het kielzog van de beteren. De resultaten op het terrein spreken boekdelen. Deze resultaten waren echter niet mogelijk zonder de gedreven inzet van de medewerkers en het verheugt mij dan ook ten zeerste dat voor “motivatie en tevredenheid” door de personeelsleden in het recente medewerkerstevredenheidsonderzoek  een gemiddelde score werd gegeven  van 8,06 op 10, terwijl dit in 2012 slechts 7,2 was. Verder was het ook zeer aangenaam te lezen dat op de vraag aan de medewerkers wat ze positief vonden binnen het korps meermaals de wijze waarop ik mijn rol als korpschef heb ingevuld, werd aangehaald. Daarvoor word je officier en korpschef.

Wat brengt de toekomst mij ? Het zal ongetwijfeld wennen worden. Tijd om te onthaasten en te genieten van mijn tuin en van op reis gaan. Geen tientallen dagelijkse mailberichten meer te behandelen. De leegte. Ik vrees ervoor. Na enkele weken rust zal het ongetwijfeld kribbelen en zal de nood aan nieuwe uitdagingen of bezigheden mij mogelijks terug aan het werk zetten, maar vanaf nu zal het familieleven altijd prioritair zijn en blijven.

Ik hoop verder dat de Politiezone Pajottenland onder het nieuwe bestuur en met mijn opvolgers nog een mooi parkoers verder mag afleggen. Hierbij dient het algemeen belang van de Politiezone en zijn medewerkers en de veiligheid en leefbaarheid van de Regio meer dan ooit als uitgangsbasis worden gezet en gekoesterd. De uitdagingen zijn immers niet min en het actueel evenwicht is precair. Alle neuzen zullen in dezelfde richting moeten kijken en men zal moeten beseffen dat wie niet zaait (investeert) niet kan oogsten.  Stilstaan is in deze tijden evident achteruitgaan. Met deze boodschap wil ik dan ook afsluiten.

Bedankt voor de talrijke persoonlijke mailberichten met bedankingen en steunbetuigingen en voor de geschenken die ik de voorbije dagen reeds van velen onder jullie mocht ontvangen.

Bedankt aan de politie. Bedankt aan u allen.

Ciao