Organigram

organ

Het organigram van de politie van de zone Blankenberge - Zuienkerke is geen gewoon piramidaal organigram, maar eerder een model gebaseerd op het multi-unit organisatiemodel of een matrixorganisatie.

Het korps staat onder leiding van de waarnemend korpschef, HCP Dimitry Van Damme, die samen met het managementteam het korps beheert.

Vier cellen werken voor de ganse organisatie:

de beleids-en communicatiecel, waarbinnen het beleid tot stand komt, het perswoordvoerderschap en de externe communicatie;

het lokaal informatiekruispunt (de infodienst) waar de gerechtelijke documentatie en de registratie van de informatie plaatsvindt;

de HRM-Logistieke dienst (administratief secretariaat) met opdrachten in het domein van HRM, logistiek en met de specifieke secretariaatsfunctie voor de korpschef.

Vijf diensten vormen (horizontaal in het schema) de operating core. Daar bevindt zich het personeel dat de opdrachten op het terrein daadwerkelijk uitvoert.

de dienst Interventie en Onthaal: CP Maertens Jan;

de lokale recherche: CP Stijn Verstraete;

de dienst Jeugd en Gezin: HINP Marino Marysael;

de verkeersdienst: CP Koen Van Landschoot;

de wijkdienst: CP Koen Van Landschoot

Dwars door deze operating core lopen vier functioneringskanalen waarbinnen de werking wordt bepaald (verticaal in het schema).

de materie HRM - logistieke steun: verantwoordelijkheid CP Stijn Verstraete;

de materie Bestuurlijke Politie: verantwoordelijkheid van CP Koen Van Landschoot;

de materie Gerechtelijke Politie: verantwoordelijkheid van HCP Dimitry Van Damme en CP Stijn Verstraete;

de materie Verkeer: verantwoordelijkheid van CP Koen Van Landschoot.

Daarnaast zijn er nog volgende specifieke functies:

Perswoordvoerder: korpschef, CP Maertens Jan

ICT-consulent: Brusselle Sébastien

In ons korps van middelgrote omvang is het moeilijk om personen één uitsluitende bevoegdheid te geven. Leidinggevenden kunnen dan ook taken krijgen als verantwoordelijke voor een component van de operating core, als verantwoordelijke voor één van de verticale functionaliteiten, voor een project, of voor een combinatie daarvan.



Het klinkt ingewikkelder dan het in de praktijk is...

Nog een woordje verdere uitleg over het organisatiemodel:



Het model van de multi-unit organisatie is aangewezen voor diensten die een grote diversiteit aan opdrachten hebben, uit te voeren door hetzelfde personeel.

De voordelen van dit model zijn:

het is motiverend: ieder kent zijn taken en verantwoordelijkheden;

een betere realisatie van de doelstellingen wordt mogelijk;

het is een soepele organisatievorm

het is een organisatievorm waarin overleg ingebouwd zit.



De nadelen zijn:

er is mogelijkheid van conflicten tussen de "horizontale" en de "verticale" werking;

er is het gevaar van een dubbele hiërarchie.



Voor klassieke auteurs is het idee van een dergelijke matrixstructuur uit den boze: het is een inbreuk op alle principes en de structuur zou niet langer ordelijk en overzichtelijk zijn. Toch werd voor dit model gekozen omdat in feite een dubbele gezagsstructuur niemand vreemd is: velen onder ons zijn immers opgegroeid in een gezin met een dubbele gezagsstructuur.



In deze structuur zijn verschillende lijnmanagers gezamenlijk en gelijkelijk verantwoordelijk voor de beslissingen en daarom zijn zij gedwongen om eventuele problemen in onderling overleg op te lossen. En er blijft nog altijd de korpschef die de uiteindelijke beslissing kan nemen.



"Matrixorganisaties zijn geschikt voor organisaties die bereid zijn hun conflicten op te lossen via informele onderhandelingen tussen gelijken in plaats van hun toevlucht te nemen tot het formele gezag, tot de formele macht van superieuren over ondergeschikten en van lijn over staf. De matrixstructuur is geschikt voor volwassen organisaties."



Het spreekt voor zich dat de organisatievorm waarvoor onze zone koos tot stand kwam na overleg in het managementteam.