Zijn er nog dokters in de zaal?

In het kader van Employer Branding zetten we in mei de artsen in de kijker, zowel de arbeidsartsen als de raadgevend artsen. We gaan in gesprek met dokter Dirk Wynsberghe, diensthoofd van de Medische dienst, en met directeur Robert Thys van de Interne directie voor preventie en bescherming op het werk. Beide heren zitten met hetzelfde probleem: ze zijn dringend op zoek naar artsen om hun personeelstekort op te vullen.

Zijn er nog dokters in de zaal?

Artsen bij de Federale Politie

Bij de Federale Politie zijn zowel raadgevend artsen als arbeidsartsen aan de slag. De Medische dienst telt elf raadgevend artsen die verspreid zitten over het hele land in de zogenoemde Provinciale Medische Centra (PMC). Ze werken na ziekte/afwezigheid van personeelsleden en dit voor de hele Geïntegreerde Politie.

De interne arbeidsartsen bij CGWB zijn met vijf (vier in Brussel en één in Vlaanderen). Ze werken preventief en enkel voor de Federale Politie. Ter verduidelijking: een arbeidsarts is een arts die zich (vier jaar) gespecialiseerd heeft in de relatie tussen werk en gezondheid. In grote lijnen: hij of zij bekijkt of de fysieke en mentale arbeidsvereisten op de werkplek in overeenstemming zijn met de arbeidsmogelijkheden van de werknemer en werkt daarvoor samen met de verpleegkundigen en de hiërarchie. Vooral aan deze specialisten is er een nijpend tekort.

Uitdagende en gevarieerde job

Dokter Wynsberghe, eveneens spoedarts bij het AZ Sint-Lucas in Brugge, zou op papier de leiding moeten hebben over 20 raadgevend artsen. Sinds 2018 heeft hij vier dokters aangeworven; twee zitten er in de pipeline. “Een aantal artsen gaat over een paar jaar met pensioen, net als ik. Het wordt dus dringend tijd dat er versterking komt. In tegenstelling tot de ‘gewone’ huisarts, hebben wij een gevarieerde en uitdagende job die ons overal brengt: mee op het terrein bij grote oefeningen of risicovolle opdrachten, personeelsleden opvolgen na een arbeidsongeval of hen begeleiden bij hun werkhervatting, expertises uitvoeren … Zo heb ik in het verleden onder de Menenpoort op twee meter van de Britse koningin gestaan en kreeg ik al een telefoontje van de FBI na een opmerkelijke interventie. Weinig dokters maken dat mee.”

Dat bevestigt ook directeur Robert Thys van CGWB: “De omgeving waarin ‘onze’ artsen aan het werk zijn, is heel specifiek. Ze komen in contact met mensen met zeer diverse functies binnen de Federale Politie, zoals de Speciale Eenheden, de Scheepvaartpolitie enz. Hierdoor is hun werk zeer gevarieerd.”

Docteur Dirk Wynsberghe, chef du Service médical.

Le docteur Dirk Wynsberghe, chef du Service médical.

Absenteïsmebestrijding

“Ik heb dokters nodig die met een zekere drive en enthousiasme mensen opvolgen die (langdurig) ziek thuis zitten”, vertelt dokter Wynsberghe, “en die evalueren wanneer en onder welke voorwaarden zij opnieuw aan het werk kunnen. Samen met de werkgever en de arbeidsarts moet besproken worden wat ze nodig hebben (materiaal, opleiding …) om het werk te hervatten. Onze dokters moeten oplossingsgericht denken en er alles aan doen om het absenteïsme te bestrijden. Als zij hun werk goed doen, worden collega’s geholpen en draagt de hele Geïntegreerde Politie daar de vruchten van.”

“Naast het coachen en begeleiden van collega’s om weer aan het werk te gaan, is het ook belangrijk om na te gaan waarom mensen ziek thuis zitten, om de verschillen tussen bijvoorbeeld kleine en grote politiezones of tussen politiezones uit verschillende provincies onder de loep te nemen. Maar om mensen te motiveren om het werk te hervatten, moeten vooreerst arbeidsomstandigheden gecreëerd worden waar mensen zich goed bij voelen.”

Artsen overtuigen

Waarom zou een afstuderende arts voor de Federale Politie kiezen? “Bij privéfirma’s verdienen ze een pak meer, met een auto, een tankkaart en extra voordelen erbovenop. Als jonge arts is de keuze dan snel gemaakt en dan moeten ze nog beginnen aan hun specialisatie arbeidsgeneeskunde”, nog volgens dokter Wynsberghe. “Het is een kleine visvijver. De Federale Politie heeft op dat vlak misschien minder te bieden, maar het maatschappelijk belang van de job doet er zeker ook toe. Je als arts kunnen inzetten voor collega’s en uiteindelijk ook voor de burger, dat speelt toch ook een grote rol.”

“Artsen zouden naast hun job bij de Federale Politie ook tijd en ruimte moeten krijgen om zich toe te leggen op eigen activiteiten", vult directeur Robert Thys aan. “De mentale druk op onze arbeidsartsen is niet te onderschatten. Ze moeten soms beslissingen nemen waar de organisatie (zowel hiërachie als betrokken medewerker) niet achter staat en waarbij men de arbeidsarts probeert te beïnvloeden. Je kan dat geen vijf dagen per week doen en ik weet dat sommigen onmiddellijk zullen vertrekken als ze 100% aanwezig moeten zijn, 38 uur per week. Het is voor een arbeidsarts echt noodzakelijk om regelmatig ook een ander publiek te zien. Ons toch wel interessant politiestatuut alleen is niet voldoende om de job van arts bij de politie aantrekkelijker te maken.”

Robert Thys, directeur de la Direction interne de prévention et de protection au travail (CGWB).

Directeur Robert Thys van de Interne directie voor preventie en bescherming op het werk (CGWB). 

Externe artsen

Zoals hierboven al gezegd, is de job van arbeidsarts zeer gevarieerd en uitgebreid. De vele opdrachten, die hernomen worden in de Codex over het welzijn op het werk (re-integratie van langdurig afwezigen, rekruteringsonderzoeken, beroepsziekten vaststellen en zoveel meer), en de medische geschiktheidsproeven in het kader van de rekrutering van operationele medewerkers (GPI) kunnen onmogelijk worden uitgevoerd door de vijf collega’s bij CGWB, die op papier met 14 zouden moeten zijn. “Via onze externe partner Cohezio wordt in alle provincies een beroep gedaan op externe arbeidsartsen”, zegt Robert Thys. “Dat kost de Federale Politie veel geld. De berekening is gemaakt: als alle artsen onze organisatie zouden verlaten, kost dat de Federale Politie 2,4 miljoen euro per jaar. Daarbij komt dan ook nog dat onze verpleegkundigen niet ingeschakeld mogen worden tijdens de medische onderzoeken door een externe preventiedienst, dus voor onze gemotiveerde verpleegkundigen moet dan ook een interne oplossing gevonden worden. Het behoud van interne, statutaire artsen is te verkiezen: ze zijn echt een meerwaarde, omdat ze het klappen van de zweep kennen.”

Warm maken voor de job

Op de website van Domus Medica, de Vlaamse huisartsenvereniging, staat een vacature voor raadgevend arts bij de Medische dienst van de Federale Politie. Het aanbod: gratis openbaar vervoer, een smartphone, gratis medische zorgen, maaltijdcheques … en het recht op twee dagen telewerk per week. “Het aanbod is zeker niet slecht,” besluit dokter Wynsberghe, “maar het kan beter. Omdat ik mee aan de wieg van deze organisatie sta, heb ik die vacature daar mogen publiceren. De twee laatst aangenomen artsen en de twee die in de pipeline zitten, zijn toevalstreffers die ik via deze weg heb kunnen rekruteren. De concurrentie is minder groot dan bij arbeidsartsen. Potentiële kandidaten bereiken is niet zo evident, maar als alle personeelsleden van de Geïntegreerde Politie hun eigen netwerk aanspreken om artsen warm te maken om bij de politie te komen werken, dan moet het lukken.”

“Ook vandaag nog kiezen velen uit idealisme voor een job bij de politie”, besluit ook Robert Thys. “Wie geboren is om bij ons te komen werken, vindt de weg wel.”  

Regelmatig werft de politie raadgevend artsen en arbeidsartsen aan. Blijf op de hoogte via Jobpol of stel je kandidaat via mail naar rekrutering@police.belgium.eu.