Je fiets verliezen door diefstal is altijd een vervelende zaak. Het risico op een diefstal kan je verminderen door een degelijk fietsslot te gebruiken, je fiets op een plaats te stallen waar veel sociale controle is en je fiets te laten merken. Wordt je fiets toch gestolen? Doe dan zeker aangifte bij de politie.

1. Een degelijk fietsslot

Een degelijk fietsslot is cruciaal in de strijd tegen diefstal. Gebruik je geen slot? Dan zijn alle andere preventiemaatregelen waardeloos. De doelstelling van een fietsslot? Voorkomen dat iemand zónder toestemming de tweewieler van een ander gebruikt. Het slot verhindert dat iemand de fiets verplaatst of ermee rijdt. Als je je fiets aan iets kunt vastbinden, krijg je de ideale situatie. Zo kan een dief hem niet optillen en meenemen. Een goed slot is niet goedkoop, maar voor een nieuwe fiets tel je nog veel meer geld neer. Een slot is echter niet onfeilbaar: er is geen enkel slot dat niet gekraakt kan worden. Maar hoe steviger het is, hoe meer tijd en middelen de dief nodig heeft om het te openen. Het is nog veiliger om twee sloten te gebruiken, aangezien dieven vaak gespecialiseerd zijn in het kraken van één type. Een afrader zijn cijfersloten. Wél goed: een slot dat de fiets verbindt met een in de grond verankerd voorwerp. Wie een nieuw exemplaar koopt, bergt zijn reservesleutel het beste meteen veilig op. Er zijn heel wat sloten op de markt: beugel-, ring-, ketting, spiraalsloten, …. Een dun spiraalslot is af te raden. Met een beetje geduld knipt een dief dit door. Kies voor een dik slot met veel metaal (een kettingslot of beugelslot). 

2. Sociale controle

Ook de plaats waar de tweewieler wordt gestald, is van belang. Op een openbaar terrein doe je dat het beste op een goed zichtbare plaats, waar veel sociale controle is. Gaat het om een privéterrein (zoals een tuin, oprit, garage)? Dan plaats je je fiets beter uit het zicht (zeker bij appartementsgebouwen en studentenkoten). Ideaal is dat je je tweewieler altijd vastbindt aan een vast voorwerp zoals een rek, hek, verankeringselement, … ook op privéterrein. Zo voorkom je dat een dief je fiets optilt en meeneemt. Het beste is om zowel het frame áls een wiel met een slot vast te binden aan het verankeringselement. Je stalt je tweewieler bij voorkeur in een (bewaakte) fietsstalling, op een plaats waar hij geen andere personen hindert.

3. Merken



Een gemerkte fiets is minder aantrekkelijk voor een dief. Wil de dief de markering verwijderen, dan moet hij/zij onherstelbare schade aan de fiets toebrengen, wat de verkoopwaarde naar beneden haalt. Bovendien kan de politie makkelijker de eigenaar van een gevonden fiets identificeren, wanneer de fiets gemerkt is. Bij het merken wordt je rijksregisternummer op de fiets aangebracht. Je kan je fiets gratis laten merken bij de gemeente. Inwoners van Kortenberg kunnen een afspraak maken via telefoon 02 755 22 00 of via de website van de gemeente Kortenberg. Inwoners van Herent kunnen terecht bij fietspunt in Leuven. 

4. Aangifte van diefstal

Wordt je fiets toch gestolen? Doe dan zo snel als mogelijk aangifte bij de politie. Je kan tijdens de openingsuren van het politieloket aangifte doen, of online via www.policeonweb.be.

• Registratie van diefstal bij de politie vergroot de kans dat de politie je fiets kan terugbezorgen bij vondst. Wordt je fiets aangetroffen, dan kan je aan de hand van je attest van aangifte, bewijzen dat jij de eigenaar bent.
• Mogelijks werd de diefstal gefilmd (bv. wanneer de fiets aan een treinstation werd gestolen). Doe dan ook best snel aangifte, zodat de politie nog over de beelden kan beschikken. Dit helpt de politiediensten om fietsdieven op te sporen en te identificeren.

Maak vooraf een foto van je fiets en hou alle bijzondere kenmerken bij (merk, kleur, chassisnummer, gravure, stickers, …). Deze kenmerken worden bij de aangifte door de politie gevraagd.

(Bron tekst: "Leidraad fietsdiefstal" SLIV - FOD IBZ)