Ze hebben ingebroken! Wat nu?

Als slachtoffers van een inbraak dit via de 101-centrale melden, dan komt eerst onze interventieploeg langs. Zij gaan eerst de situatie na en geven hun eerste vaststellingen door via hun tablet. Automatisch wordt vervolgens ons eigen Team Inbraken verwittigd. Dat is een team van vier medewerkers die zich specialiseerden in de sporenopname na een inbraak. Het teamlid dat op dat moment van wacht is, gaat binnen de 24 uur langs voor de sporenopname.

Wat doet het Team Inbraken precies?

Het Team Inbraken gaat na of er bruikbare sporen zijn. Zo ja, dan gaat het team de sporen op de best mogelijke manier opnemen voor verder onderzoek door het labo. Het Team Inbraken heeft daarvoor de deskundigheid én gespecialiseerd materiaal: poeders, gellifters, borstels, swabs (stalen), fotoapparaat,... Tot slot beheert het team het dossier en is zo het aanspreekpunt voor de slachtoffers.

3 stappen na een inbraak

  1. Bel onmiddellijk de politie op het 101-noodnummer! Zeker als je de inbreker op heterdaad betrapt. Probeer zoveel mogelijk te observeren: kledij, uiterlijke kenmerken, vluchtrichting en -middel,... Ga nooit de confrontatie zelf aan!
  2. Kom nergens aan, ruim niets op! Als je kan vermijden om je huis binnen te gaan, doe dit en wacht tot de politie er is. In een eerste reflex gaan slachtoffers van een inbraak soms dingen verplaatsen of hun huisraad opruimen. Dat is begrijpelijk, maar zo gaan mogelijke bruikbare sporen verloren. Wacht om die reden ook met het herstellen van ramen en deuren (in de mate van het mogelijke, uiteraard). Wijs het Team Inbraken gerust op mogelijke tekenen van sporen, bv. een onbekende voetstap of een glas waarvan gedronken werd, maar kom er in geen geval aan. De minste aanraking kan de schoen- of vingerafdruk onbruikbaar maken.
  3. Vragen of bijkomende info: laat het weten aan het team! Het Team Inbraken is jouw vast aanspreekpunt. Het team volgt het onderzoek op en beheert je dossier. Merk je achteraf dat er nog zaken verdwenen zijn of heb je nog vragen, laat het weten. Of merk je dat de inbraak weegt op je gemoed of veiligheidsgevoel, laat het ook weten. Eén van onze slachtofferbejegenaars komt dan graag langs voor een luisterend oor of een deugddoende babbel.

Welke soorten sporen?

Schoeiselspoor

De inbrekers lieten een schoenafdruk achter in de aarde. Het team inbraken legt een meetlat naast de schoen zodat ze gedetailleerd de afmetingen kunnen aflezen. Om een zo duidelijk mogelijk profiel in beeld te kunnen brengen, zoomen ze meerdere keren in bij het fotograferen. Deze foto's gaan naar het labo en de gerechtelijke identificatiedienst voor verder onderzoek.

Soms treft het team binnen een stofspoor aan van een schoenafdruk. Een dergelijk spoor kunnen ze met gel 'afliften' voor verder onderzoek.

Vingerspoor

De inbrekers kregen de kluis niet open en lieten ze achter in de tuin. Het Team Inbraken gaat op zoek naar vingersporen door met een speciale borstel en poeder omzichtig over de kluis te gaan. Gaandeweg komen verschillende vingersporen te voorschijn. Soms volledig, soms met kleinere stukjes.

Een vingerspoor is pas bruikbaar als het aan een reeks typica voldoet (lijntjes, onderbrekingen,...). Wordt er een bruikbaar vingerspoor gevonden, dan gaat het team inbraken dit spoor 'afliften': een gel neemt het poederspoor over en zorgt ervoor dat het veilig kan bewaard worden. Nu gaat het spoor naar het labo voor verdere verwerking en dan naar de gerechtelijke identificatiedienst om na te gaan of het in een databank kan gelinkt worden aan een verdachte.

Handpalmspoor

De inbrekers lieten een handafdruk achter op het raam. Hier vindt het Team Inbraken meerdere identificatiepunten. Er wordt altijd een contrasterende poeder gebruikt. Bijvoorbeeld op ramen is dat wit, op een wit raamkozijn zwart. Een handafdruk hoeft niet vlak te zijn. Het is bijvoorbeeld ook mogelijk om een greep te onderzoek, zoals aan de rand van een deur.

ANPR

De inbrekers werden gespot door een buur en die meldt de verdachte wagen aan de politie. Aan de hand van het tijdstip en de locatie kan het Team Inbraken de ANPR-beelden opzoeken (ook nachtbeelden). Hoe meer details, hoe meer kans op succes: nummerplaat, beschrijving van de wagen, beschrijving en aantal inzittenden, rijrichting,...

DNA

Bloed, zweet, speeksel, huidschilfers, haarwortels. Soms laten inbrekers hun DNA achter. Bijvoorbeeld door zich te kwetsen aan een gebroken raam of omdat ze van een glas gedronken hebben. Het Team Inbraken zal dan twee swabs nemen: droog en bevochtigd. Verder DNA-onderzoek is vrij duur. Daarom wordt het staal pas onderzocht als het parket daarvoor de opdracht geeft.

Je vraag blijft onbeantwoord? Contacteer Lokale Politie Schelde-Leie via het contactformulier of telefonisch via 09 321 36 00.